zondag 29 juni 2014

Gereedschap

Gisteren en eergisteren heb ik hard gewerkt aan de voorbereiding van mijn expositie “Places of Healing” die 15 juli bij LeasePlan Corporation in Almere-Stad geopend gaat worden. Meer daarover op mijn website. Waar ik het nu over wil hebben is het fotografiegereedschap dat aan de tentoongestelde foto’s ten grondslag ligt. De geëxposeerde foto’s markeren namelijk tevens een overgang op meerdere technische vlakken: van een APS-C formaat ('DX') naar een full-frame ('FX') camera en van Nikon Capture NX2 naar Adobe Lightroom.

Op met het eerste te beginnen: de ene te exposeren serie, die van Berlijn, is nog gemaakt met mijn Nikon D300, waarop ik meestal – en ook ditmaal – fotografeerde met een normale zoomlens (DX 17-55mm, F/2.8). Een perfecte combinatie die mij zes jaar uitstekend gediend heeft. Laat ik niet ingaan op de smoezen voor mezelf waarom ik na deze trip opeens een andere camera wilde (daar kom is zo op terug). Om mijn ervaringen met mijn nieuwe ‘setje’ en het verschil met de vorige kort samen te vatten: die waren in één woord weergaloos. Nu was ik al voorbereid (of vooringenomen) door Nikonians die me voor waren gegaan met deze camera en vertelden dat ze uit hun sokken geblazen waren van de beeldkwaliteit, maar ik kan het alleen maar beamen.

De Turkse serie die een paar uur later van de printer rolde is namelijk gemaakt met de Nikon D800 (en een supergroothoek zoom, de FX 16-35mm F/4.0 VR). Een ‘machine’ met maar liefst 36 megapixels, 3x zoveel als de D300, maar verspreid over een veel grotere want full-frame sensor (binnen het DX-bereik betekent dat een verbetering van 12,5 naar 15 megapixels, dus dat valt dan ook wel weer mee). De camera biedt het grootste dynamische bereik (de maximale contrastomvang tussen zwart en wit die de camera kan registreren) momenteel op de markt, gepaard met een enorme resolutie waarmee je zonder enig kwaliteitsverlies op A2 kan afdrukken. Dat betekent dat je veel meer details in de hoge en lage lichten vast kan leggen en bovendien dat je een enorme scherpte en detaillering kan bereiken dan wel naar believen uitsneden kan maken (bijvoorbeeld om zonder mankeren lens- en perspectiefcorrecties kunt uitvoeren). Mijn Berlijn foto’s maakten me gewoon begerig om vaker zonder kwaliteitsverlies op expositiewaardig grootformaat af te drukken, en om die fijne details echt bijna tastbaar te kunnen vastleggen – en dat kan nu.

De supergroothoek is ook een heerlijke lens. Weliswaar niet zo super lichtsterk, maar gepaard met zijn VR en een sublieme resolutie kan je uit de hand enorm scherpe en ‘ruime’ foto’s nemen. Perfect als rondlooplens voor architectuur en landschap – draagbaarder ook dan de lompe 12-24 F/2.8. Hij zat er dan ook bijna de helft van de Turkije reis op.

Ter verdere leringhe ende vermaeck doe ik hier ter illustratie een foto geschoten op het voormalige Shell Sportcomplex in Vlaardingen bij, op volle lensopening bij F/8 (focus vlak achter de schoen).


Nikon heeft overigens afgelopen week een opvolger van de D800 op de markt gebracht, de Nikon D810. Deze biedt vooral meer snelheid en een verbetering van de hoge ISO-mogelijkheden (terwijl de D800 al eerder tot de ‘Lord of Darkness’ werd uitgeroepen. Mijns inziens minder interessante verbeteringen op toch al een perfecte camera, maar met een aardige prijsverhoging – dus zat je op het vinkentouw voor de D800, wees er dan snel bij.

Dan nabewerking. Ik werkte altijd met Nikon Capture NX2 en daarbinnen had ik bovendien NIK Color Efex Pro voor Capture NX2. Inclusief voorgangers werkte ik al met Nikon Capture vanaf 2004, duas ik was er behoorlijk mee vergroeid geraakt. Nikon stopt echter met dit product, waardoor ik wel gedwongen was over te stappen op een ander pakket. Ik heb me bij het onvermijdelijke neergelegd en ben onlangs overgestapt op Adobe Lightroom.

Ook hierin ben ik niet teleurgesteld – in tegendeel. Hoewel ik nog steeds ‘uphill’ op de leercurve ben, ben ik meer dan tevreden. Ik had al eerder in mijn blog verteld dat de mogelijkheden om detail uit de hoge en lage lichten te halen zeker stukken beter zijn dan met Capture NX2. Gepaard met het enorme dynamische bereik van de D800 zijn de resultaten die je op dit vlak kunt behalen meesterlijk.

Dan de nuancering: met lokale bewerkingen zijn vergelijkbare resultaten te behalen als met Capture, hoewel je wel iets meer moeite moet doen: LR kent immers niet die fijne kleur- en selectiesturingspunten. Je kan echter geen lokale curves toepassen, wat een gemis is, en het retoucheerpenseel vind ik persoonlijk inferieur aan de magische kwast van Nikon. Verder is de kleurbewerking van Lightroom naar mijn smaak beduidend minder, vaak wat vlakker, minder volle keuren, minder sprankelend. Ik heb daarom geleerd dat je eigenlijk elke foto behalve wat contrast en clarity ook een subtiele curve moet geven op er iets meer pit in the brengen – en dat laatste zou je dan zo graag per kleur of gebied willen doen, maar dat kan dus niet. Je zet dan maar de ankerpunten voor de curve op de kleuren die je wat meer diepte zou willen geven. Tenslotte ben ik nu voor de NIK filters aangewezen op een export en dus een 16-bit tiff conversie, wat de zuinige Nederlander in mij minder naar Color Efex Pro laat uitwijken dan voorheen.

Maar de combinatie met een catalogus biedt dan weer heel veel meerwaarde, en na enig worstelen heb je als bonus ook nog handige export- en printpresets onder de vingers – met die minpuntjes valt dan goed te leven.

vrijdag 6 juni 2014

Ruïnes

In mei trokken we vier weken lang door Turkije - een land met een enorm rijke geschiedenis. Het ligt dan ook bezaaid met de sporen die Hittieten, Parthen, Perzen, Grieken en Romeinen hebben achtergelaten.

Een van de opdrachten die ik mezelf voor ik op reis ging had gesteld was om de beschaving, of mijn beeld van (of beter: gevoel bij) die beschaving achter de ruïnes in een beeld te vangen.

Ruïnes maken op mij, maar dat geldt denk ik voor veel mensen, altijd indruk: hier hebben mensen geleefd zoals wij, maar met een fascinerend ander wereldbeeld, in de schijnbare vanzelfsprekendheid dat het altijd zo zou blijven, als in een eindpunt in de geschiedenis. Je kijkt door de nevels van de geschiedenis heen, voelt de mysteries die zij beleefden, de nabijheid van goden die inmiddels vergeten zijn maar die hier nog steeds huizen in hun vervallen tempels, tussen de wortels van de bomen die er bezit van hebben genomen.

Tegelijk zien onze ogen slechts hopen stenen, rijen pilaren, gebleekt onder een onbarmhartige zon erboven. Kijk je teveel met je ogen, dan gaat het niet lukken - en is het realisme van de camera onverbiddelijk. Het is een uitdaging om daar doorheen te kijken.

Wat ik heb gemerkt is dat je jezelf de tijd moet gunnen, om je in te leven en tegelijk afstand te nemen van wat je ziet: dus sluipend en schrijdend, door de oogwimpers heen kijkend, achteruit lopen en ongebruikelijke standpunten uitproberen. Gewoon even ergens gaan zitten. En achteraf het innerlijke beeld te extraheren uit wat de camera heeft vastgelegd - met fotobewerking, reduceren en inkoken, of in de beeldtaal van de oude alchemisten: door het vernietigen van de vorm de kwintessence bovenhalen.


Is het gelukt? - Wat denken jullie bijvoorbeeld van dit beeld van de tempel van Aphrodite in Aphrodisia? Het maakt deel uit van een drieluik dat achteraf bezien verschillende aspecten van de liefde uitdrukt: het samen anders en toch één zijn, de zielverbondenheid en het uitstralen op de omgeving. Binnenkort op mijn site.